Chiel Warners is voormalig topatleet en sinds kort CIO, Chief Investment Officer, van Dutch Sport Tech Fund. In dit interview vertelt het nieuwe MT-lid over het belang van integriteit, zijn ambities met Dutch Sport Tech Fund en wat er volgens hem nodig is voor de volgende groeifase van het fonds.
Ervaring in de topsport en bedrijfsleven
Warners is geen onbekende in de topsport. Hij vertegenwoordigde Nederland op de Olympische Spelen in 2004 bij de tienkamp. Als Nederlands informatiecoördinator matchfixing is hij nog steeds betrokken bij topsport. Hij werkte daarnaast bij EY en ABN-AMRO.
Deze ervaring in de financiële sector, topsport en op het gebied van integriteit gebruikt Warners sinds de zomer van 2022 om voor Dutch Sport Tech Fund mede te beoordelen hoe integer de (eventuele) deelnemingen opereren. “In de financiële sector is het normaal dat je weet wat een klant doet en waar hij zijn geld mee verdient. Daar kan de sportsector wat van leren. Ik breng dus graag de best practices uit de financiële sector mee en maak daarbij gebruik van mijn kennis van sport en integriteit”, vertelde Warners in een eerder artikel. Sinds januari 2023 is hij officieel toegetreden tot het Management Team van het fonds.
Chiel, gefeliciteerd met je nieuwe rol binnen Dutch Sport Tech Fund. Kan je er iets meer over vertellen?
“Ik ben verheugd met deze benoeming en kijk er naar uit om mijn ervaring met- en kennis van finance, integriteit en topsport in deze rol in te zetten voor het fonds. Ik zal mij vooral bezig blijven houden met de zogenaamde due diligence (screening van nieuwe investeringen), zodat we zeker weten dat deelnemingen integer opereren. Net zoals een bank zijn klanten doorlicht, is het van belang dat een investeringsfonds dat namelijk ook doet met zijn deelnemingen.”
“Daarnaast houd ik me bezig met de volgende groeifase van Dutch Sport Tech Fund. De afgelopen twee jaar is er een mooi fundament gelegd met investeringen in succesvolle startups en scale-ups in de sporttechnologie. De komende fase willen we deze organische groei van de afgelopen jaren en wat we daaruit hebben geleerd, omzetten naar een meer gestructureerde en geoptimaliseerde groei in de toekomst. Daarmee willen we de teams versterken en effectiever maken.”
Naast je rol als CIO bij DSTF, ben je nationaal informatiecoördinator matchfixing. Kan je daar meer over vertellen?
“In die rol houd ik me bezig met de aanpak van manipulatie in sport. Ik probeer de samenwerking tussen overheden, sportorganisaties en opsporingsorganisaties te stimuleren om daarmee het manipuleren van sportwedstrijden en competities tegen te gaan. Ook hier speelt technologie een rol want deze maakt het mogelijk om bijna overal ter wereld op wedstrijden in Nederlandse sportcompetities te wedden. Deze zichtbaarheid en bijbehorende sportdata zorgen voor een enorm gokaanbod. Dit alles brengt nieuwe uitdagingen met zich mee, die we door middel van nationale en internationale samenwerkingen proberen op te lossen.”
“Ook bij Dutch Sport Tech Fund houd ik me bezig met integriteit. Er is bijvoorbeeld veel mogelijk op het gebied van AI (kunstmatige intelligentie) en data. Een ethisch kader helpt bepalen wat de gevolgen op korte en lange termijn van die mogelijkheden zijn. Verzamelt een startup geen data waar we later spijt van krijgen en zijn de sporters zich hiervan wel bewust en hebben ze hier invloed op? Daarnaast is voor DSTF net als bij andere fondsen van belang hoe onze deelnemingen en wijzelf een ESG-beleid hebben en uitvoeren: samen willen we de juiste impact op mens en milieu hebben. Met deze bril naar investeringen kijken maakt ons uniek en ik geloof er in dat integriteit in de toekomst een groeiende asset zal blijken, een selling point.”
Wat zijn je ambities met Dutch Sport Tech Fund?
“Naast voorgaande wil ik eraan bijdragen dat processen meer structuur kennen, duidelijk zijn en iedereen die bij Dutch Sport Tech Fund zo nog meer in zijn of haar kracht komt te staan. Eigenlijk net als bij een teamsport. Dat is nodig voor de volgende groeifase van het fonds, waarbij groei gestructureerder en voorspelbaarder wordt en daarmee aantrekkelijker voor bijvoorbeeld meer institutionele partijen.”
“Over tien jaar hoop ik dat een aantal deelnemingen volgroeid zijn en een positieve bijdrage leveren aan de sport- en vitaliteitssector. Dat doen ze uiteraard op een integere manier. Ik hoop dat het fonds zorgt voor synergievoordelen, dat we in staat zijn om van één en één samen drie te maken met de verschillende deelnemingen. Er zit veel kennis en kunde bij onze commissies, ik hoop dat die hun weg vinden naar onze investeerders en investeringen. Het netwerk van experts dat we hebben opgebouwd is zo waardevol, ik hoop dat het ook tot zijn recht komt. En uiteraard hoop ik dat er mooie exits hebben plaatsgevonden, zodat het fonds de potentie van de markt voor sporttechnologiebedrijven ten volste benut heeft.”